Indonesië 2009 Flores
April 2009
’t Heeft even geduurd, maar hier is ie dan, onze mail uit Indonesië…
We zijn ondertussen alweer 3 weken onderweg, waarvan we er twee geen internet hebben gehad (ja, het bestaat nog, mensen die kunnen leven zonder internet!!)
Maar ik zal een beetje bij het begin beginnen.
Als eerste zijn we naar Bali gevlogen, en daar zijn we naar Sanur gegaan.
De eerste dagen hebben we alleen maar geluierd, lekker gegeten en ons laten verwennen (massage, pedicure, manicure, hè wat vervelend).
Toen we een beetje bijgekomen waren van de jetlag, konden we op pad en zijn we een dag gaan raften.
We gingen dus in een rubberboot de rivier af, hij zag er nogal ruw uit, maar het leek erger als dat het was. De tocht was in ieder geval prachtig, hij ging door dichte jungle, langs banenenbomen, rijstvelden, supermooi. Na zo’n twee uur raften waren we op het eindpunt en werd de lucht uit de boten gelaten en die werden bij vrouwen OP HET HOOFD (ja echt), helemaal de berg opgesjouwd, ongelooflijk!
De volgende dag zijn we naar Maumere op Flores gevlogen.
Daar hadden we een heerlijk hotel aan zee, zo je kamer uit, met je voeten in het zand.
Daar zijn we ook een dag gaan duiken, maar dat liep iets anders als dat we verwacht hadden, de boot kapte ermee, en we hadden maar 1 motor. We hebben nog wel een duik gemaakt, maar de tweede niet meer.
Ze hebben nog geprobeerd om de boot zelf te repareren, maar dat ging niet, dus zat er niets anders op als naar een klein eilandje roeien en daar hulp zoeken.
Ze vonden daar iemand met een klein bootje die ons een eindje kon slepen, en toen zijn we naar een iets groter dorpje gegaan, daar werd een andere boot geregeld, en die heeft ons terug naar het vaste land gesleept. Al met al zijn we zo’n zeven uur onderweg geweest, pfffff.
We hebben ook een dagje rondgekeken in Maumere, en dan zie je het verschil met Bali wel, ’t is hier nog echt arm, Bali is dan al veel ontwikkelder. Tussen de middag heeft Kees zich aan de haven tegoed gedaan aan een joekel van een kreeft (voor € 14,= !!!), lekker….
Toen we het openbaar vervoer hier eens bekeken hadden kwamen we al vrij snel tot de conclusie dat het misschien slim zou zijn om een auto met chauffeur te regelen. De busjes puilen hier uit, en het schiet voor geen meter op. Dus zo gezegd, zo gedaan, wij een auto met chauffeur en gids geregeld, die ons in 6 dagen naar Labuan Bajo (aan de westkust) zouden brengen, en ondertussen natuurlijk alles bekijken wat we graag wilden zien. Lekker luxe…
De volgende dag dus met Hero en Berno op pad, als eerste naar Moni. Onderweg nog naar een Ikat wevers dorpje geweest.
Moni is maar een heel klein dorpje, maar je kunt er overnachten om de Kelimutu vulkaan te bekijken.
Wij dus de volgende morgen om 3:45 uur ons bed uit, om voor zonsopkomst op de vulkaan te staan (je moet er iets voor over hebben!).
En het was inderdaad prachtig, de moeite waard om vroeg je bed voor uit te komen.
Deze vulkaan staat bekend om z’n 3 gekleurde kratermeren, die regelmatig van kleur verwisselen.
Nu waren ze turquoise, heel donkergroen en bijna zwart. De mensen geloven hier dat de ziel van overledenen naar de verschillende meren gaat. De jonge mensen gaan naar het turquoise, de oude naar het zwarte en de slechte naar het donkergroene…..
Weer terug in het dorpje hebben we onze spullen gepakt en zijn naar Riung gereden.
Eerst trouwens iets over de wegen op Flores, ze hebben er geen 100 meter rechte weg, alle wegen zijn een en al kronkel. Door de lucht is het van Maumere naar Labuan Bajo misschien 200 km, maar over de weg bijna 600 km, kun je nagaan. Daarbij zijn de wegen ook heeeeel erg slecht, grote kuilen, hele stukken weg gewoon weg, het is een hoebel de boebel. Je kunt dan ook echt niet harder rijden dan 40 a 50 km per uur, en ik moet zeggen, ons chauffeurke dee het prima, hij is niet boven de 60 km uit geweest.
Tegen de avond kwamen we in Riung aan en we sliepen daar in een missiepost, 90% van Flores is Katholiek, en de kerken puilen hier nog uit. De kamer was netjes en hier bleven we twee nachten. De volgende dag zijn we met een bootje naar Flying Fox Island gegaan, d’r zitten daar duizenden vliegende honden (een hele grote soort vleermuis, formaat ‘klein hondje’ vandaar de naam, die alleen maar fruit eet). Je kon ze in ieder geval goed zijn. De rest van de dag zijn we naar een klein onbewoond eilandje gegaan, met azuurblauwe zee en wit strand (al jalours???), en hebben daar geluierd, gezwommen, gesnorkeld, schelpjes gezocht, kortom gewoon fijn…
De volgende dag weer verder, nu naar Bajawa. Onderweg zijn we gestopt bij een warmwaterbron, en hebben daar lekker gebadderd.
Vlakbij Bajawa is een heel traditioneel dorpje, Ben Village, en daar zijn we ook naar toe gegaan. Was heel interessant om te zien.
De volgende dag weer vroeg uit de veren om weer een vulkaan te beklimmen. Dit is een hele nieuwe, die bestaat pas sinds 11 januari 2000. Het was een mooie wandeling er naar toe, helemaal door het groen, en in de krater waren ook hier twee meren, deze waren oranje. De natuur was heel ruig, mooi hoor.
De mensen op Flores zijn trouwen super-super vriendelijk. Iedereen wil, zo goed en kwaad als dat gaat een praatje maken, en ze willen allemaal op de foto. Wij weten nu ook hoe Willem-Alexander en Maxima zich moeten voelen, want als we achterin de auto de raampjes naar beneden hebben, zitten we constant naar iedereen te zwaaien die naar ons roept. We hadden zelfs een keer dat we stopten in een klein dorpje om wat water te kopen, dat er een stuk of 10 mensen bij m’n autoraampje stonden, en die stonden mij allemaal aan te staren, hele vreemde gewaarwording, kan ik je zeggen.
De route met de auto is, ondanks de slechte weg, wel heel erg mooi. We rijden de hele tijd door het groen, Flores is echt een prachtig eiland.
Ondertussen zijn we Ruteng aanbeland, maar hier is niet echt veel te beleven, meer een tussenstop om te overnachten om de volgende dag door te rijden naar Labuan Bajo.
Dit is een dorpje aan het water, en dit is de plaats om een tocht te maken naar Komodo National Park (waar de grote Komodo-varanen zitten), en om heel mooi te duiken.
We zijn hier 6 jaar geleden ook al geweest en hebben toen Komodo en Rinca (zitten ook komodo-varanen) goed bekeken, maar hier niet gedoken. Daarom zijn we hier nu terug om te gaan duiken.
We hebben er een prima duikschool gevonden, Reefseekers, en daar zijn we de volgende dag mee gaan duiken. Het schijnt dat er hier (in het goeie seizoen) veel Manta-roggen zitten en die wil iedere duiker graag zien (staat bijna bij iedere duiker in de Top-3!). Ze konden ons niet beloven dat we die zouden gaan zien, maar wie weet. Nou, we waren nog geen tien minuten onder waren, en de eerste manta kwam al aanzwemmen, echt geweldig. Hij ging boven een poetsstation hangen (ja, vissen hebben ook af en toe een poetsbeurt nodig), en daar konden wij hem op ons gemak bekijken. Toen ie weg was zijn we verder gezwommen, en op een ander punt bleken er ineens 4 manta’s zij elkaar te zitten, dat was geluk hebben. Al met al hebben we deze duik zeker drie kwartier naar Manta’s kunnen kijken.
En zo ging het maar door, de eerste 4 duiken, hebben iedere duik wel 8 of 9 manta’s gezien, echt GEWELDIG. Daarbij was het koraal ook super mooi, zo afwisselend en vol met koraal hebben we echt nog nooit gezien. Het leek echt of we in een aquarium rondzwommen, en we hadden er zeker geen spijt van dat we hier terug zijn gekomen om te duiken. In totaal hebben we 8 duiken gemaakt, ze waren allemaal anders en allemaal even mooi. We hebben schildpadden gezien, haaien, schorpioenvissen, steenvissen, een zeeslang, maar het mooiste waren toch wel de manta’s.
De sfeer op de boot was ook heel gezellig, er zaten allemaal ervaren duikers op, en iedereen had leuke verhalen. We zijn ook nog naar Rinca geweest en hebben daar een wandeling over het eiland gemaakt, en de Komodo-varanen bekeken.
Eergisteren zijn we weer terug gevlogen naar Bali, en zijn daar rechtstreeks naar Ubud gegaan. Wat een wereld van verschil zeg, wat is Flores dan nog puur en onbedorven, goed om zo eens gezien te hebben.
Gisteren hebben we een wandeling rond Ubud gemaakt en gisteravond zijn we naar een Kecak dans geweest. Bij deze dans zijn wel honderd mannen die allemaal in een kring op de grond gaan zitten en met z’n allen zingen. Ondertussen wordt er ook een traditioneel verhaal verteld en uitgebeeld, door hele mooie danseressen. Op het laatst was er nog een vuurdans, ze staken een berg kokosschillen in de fik, en daar ging er een met z’n blote voeten doorheen, net zoiets als Emiel Ratelband, maar dan anders!!!!
Vanmorgen heb ik kookles gehad, Kees heeft lekker aan het zwembad gelegen. We zijn naar de markt geweest en hebben daar uitleg gehad over alle verschillende ingrediënten en daarna zijn we gaan koken en mochten we ook alles opeten, jammie!
Voor morgen hebben we een auto met chauffeur geregeld die ons naar Pemuteran gaat brengen. Onderweg gaan we dan ook van alles bekijken. Bij Pemuteran kun je ook mooi duiken en er is een wildpark in de buurt waar je met een gids wandeltochten kunt maken, dus dat gaan we ook doen.
Zo, dat was het weer zo’n beetje uit Indonesië. De komende week zal vooral bestaan uit duiken en luieren, dus daar zal ik geen verder verslag meer over doen, daar kun je zelf wel iets bij bedenken.
Dus tot zover Ubud, Indonesië.