2010 – Hangzhou – Beijing – Xi’an – Luoyang – Nanjing – Suzhou – Shanghai – Hangzhou

Kras rondreis: The Best of China 4-9-2010 t/m 19-9-2010
Deze keer gaan we voor de verandering een keer georganiseerd op reis. Via Kras hebben we de rondreis “The Best of China” geboekt en vanmorgen was het zover, we vertrokken met de KLM naar Hangzhou. Na ruim 10 uur vliegen arriveerden we in Hangzhou en zagen we voor het eerst de rest van ons reisgezelschap en onze gids voor de komende twee weken, Ludo.

Hangzhou
Eerlijk gezegd had ik nog nooit gehoord van Hangzhou, maar d’r bleken daar toch zo’n 6,5 miljoen mensen te wonen! En het bleek ook nog eens een hele gezellige, groene en vrij relaxte (voor Chinese begrippen) stad te zijn met als toeristische trekpleister het “West-Lake”. Toen we allemaal een hotelkamer toegewezen hadden gekregen en ons wat opgefrist hadden zijn we met z’n tweeën langs het West-Lake gaan wandelen. Het was zondag dus dat hadden de Chinezen zelf ook bedacht, het was er gezellig druk. ‘s Avonds zijn we naar een watershow op het meer geweest, ”Impressions of the West Lake”. Ik had daar iets van op tv gezien en daar zijn Kees en ik met z’n tweetjes naar toe geweest en het was in één woord            G-E-W-E-L-D-I-G! De dans is gemaakt door degene die ook de opening van de olympische spelen in 2008 heeft verzorgd en dat was te zien. Het was net alsof er mensen over het water liepen, er was hele mooie muziek bij. Er deden wel tweehonderd man aan mee, alles werd supermooi uitgelicht en het was heel erg indrukwekkend. Zeer zeker de moeite waard. De volgende dag zijn we met de groep op stap geweest, eerst een boottocht over het West-Lake, daarna naar een hele mooie, grote tempel, de Lingyin Tempel. Daar konden we op ons gemak rondkijken en zien hoe iedereen volop wierrook aan het branden was. Daarna hebben we geluncht aan een grote ronde tafel met een draaischijf in het midden vol met heerlijke gerechten, smullen… Na het eten gingen we naar een theeplantage waar we zagen hoe groene thee gemaakt werd en waar we een demonstratie ‘thee-in-gieten’ kregen. Tevens werd uitgelegd waarom groene thee zo gezond is (bevat heel veel anti-oxidanten). Later gingen we nog naar de Pagode van de Zes Harmonieën ofwel De Liuheta dit is een 60 meter hoge, 13 etages tellende, pagodetoren, die dateert uit 970. Hij staat aan de Qiantang-rivier, ten zuiden van de stad, en diende tevens als lichtbaken voor de scheepvaart. Hij werd gebouwd om de toen frequente overstromingen vanwege vloedgolven tegen te gaan door de fengshui balans te herstellen tussen de zes richtingen: noord, zuid, oost, west, hemel en aarde. Om een uur of vier zijn we naar het station gegaan om met de trein naar Beijing te gaan. We lagen met twee chinezen in de coupé, maar dat is geen probleem, da’s lekker rustig. Om een uur of half negen zijn we gaan slapen, het hobbelt lekker in zo’n trein.

Beijing
’s Morgens om 7 uur waren we in Beijing, zo’n 1400 kilometer verderop! We zitten hier in het Holiday Inn Hotel, prima hotel vlakbij het Olympisch Stadion. Na het ontbijt zijn we naar het Plein van de Hemelse Vrede gegaan en daar zijn Kees en ik onze eigen weg weer gegaan omdat we De Verboden Stad al eerder (in 2002) gezien hebben en we deze keer meer voor de Hutongs van Beijing gekomen zijn. Allereerst heb ik op Het Plein van de Hemelse Vrede ‘onze’ Mao de laatste eer bewezen in z’n mausoleum.
Daarna zijn we met de metro naar een oude volkswijk gegaan.
Die volkswijken heten Hutongs en die zijn erg leuk om doorheen te wandelen. Je ziet er nog het echte volkse leven van China. Een kapper gewoon midden op straat, allerlei eettentjes, kleine parkjes waar mensen muziek aan het maken zijn of wat aan lichaamsbeweging doen, of gewoon gezellig een spelletje Chinees schaken of domino zitten te spelen. Daar hebben we het de hele dag vol gehouden.
De volgende dag zijn we wel met de groep op pad gegaan.
We gingen eerst naar een fabriekje waar ze gruwelijke kitscherige vazen maken (cloisonée-techniek), maar hoe ze dat dan weer doen is wel leuk om te zien. Het is bronswerk wat belegd wordt met kleine bronzen friemeltjes, motiefjes en daarin komt dan glazuur. Dat wordt gebakken en tot 3 à 4 keer toe wordt er extra glazuur opgedaan en weer gebakken. Op het laatst wordt alles gepolijst en dan zie je de bronzen figuren weer terug tussen het glazuur. ’t Is knapgemaakt maar ik hoef het niet te hebben, het is in ieder geval erg intensief handwerk.
Vanaf daar zijn we naar een oude keizerlijke Ming-graftombe gegaan. De tombe (grafheuvel) zelf is nog dicht maar de gebouwen er omheen zijn erg mooi en indrukwekkend om te zien.
Vanaf dit graf reden we naar de heilige weg ‘het pad der zielen’. Daar staat een erehaag van levensgrote beelden van mensen, dieren en mythologische dieren, speciaal voor alle overleden keizers die hier in de omgeving begraven liggen. Erg mooi om overheen te wandelen.
Hierna was het tijd voor de lunch, dat was weer prima. Het eten is iedere keer heel erg lekker, smakelijk en veel! Toen kwam de ‘grote muur’ aan de beurt, deze keer bij Badaling (vorige keer zijn we bij Simatai geweest) en die hebben we beklommen. We hadden geluk met het weer het was mooi helder en niet te warm. Je kon twee kanten op, rechts was wat makkelijker, maar ook drukker en links was wat lastiger, maar minder druk. Wij zijn dus linksaf gegaan en dat was heel erg mooi en rustig. Sommige stukken waren wat stijl, maar goed om te doen. Aan het eind kon je ook nog een groot ongerestaureerd deel zien. Ik moet zeggen dat ik het een stuk toeristischer had verwacht maar dat viel heel erg mee.
’s Avonds zijn we met de groep Pekingeend gaan eten. Dat is een speciaal feestmaal met allerlei hapjes vooraf (b.v. varkenshielgelei, zeekomkommer) en daarna wordt de eend in 108 stukjes gesneden. Je neemt een heel dun pannenkoekje, legt daar waar stukjes lente-ui en komkommer op, een stukje eend en wat hoisinsaus. Dit rol je op en smullen maar. Later kwam er ook nog eendensoep en gefrituurde eendenkarkas (!) op tafel, de hele eend gaat d’r aan…. Het was nog vrij vroeg op de avond dus zijn we met een stel van de groep nog naar het Olympisch Stadion gelopen. Het “Vogelnest” en de “Watercube” waren heel mooi uitgelicht. Maar toen we daar aan kwamen en onze camera geïnstalleerd hadden bleek het net 22:00 uur te zijn en voordat we één foto hadden kunnen maken gingen alle lichten uit, wat jammer. Toen zijn we over de brede boulevard terug gelopen richting hotel en daar was nog van alles en nog wat te doen. Mensen waren aan het karaoke, aan het rollerskaten, met een grote zweep aan het knallen en een tol aan het aanslaan met zo’n zweep. We hebben dat allemaal eens op ons gemak bekeken. De volgende dag ging de groep naar het Zomerpaleis en toen zijn wij weer op ons eigen houtje op pad gegaan. Als eerste zijn we naar een hele grote supermarkt gegaan, daar verkochten ze van alles en nog wat, en alles echt supervers. Ze hadden er levende vissen, schildpadden, levende poppen (van een vlinder of zo). Zo-ie-zo zijn supermarkten altijd leuk om te zien vind ik. Vervolgens zijn we naar het olympisch stadion gelopen en zijn daar in “The Watercube” geweest. Hier zijn alle Olympische zwemwedstrijden gezwommen. Het hele gebouw is gemaakt van sterk plastic, twee lagen op elkaar met lucht ertussen (een soort membramen). Die lucht wordt verwarmt door de zon en dat verwarmt dan het zwembad en de rest van gebouw weer, super milieuvriendelijk. ’s Middags zijn we naar een andere Hutong gegaan en hebben daar een fietstaxi gehuurd voor een uurtje. We kwamen door mooie kleine steegjes en straatjes. Later hebben de een wandelroute uit het ANWB-boekje gelopen, langs het Hou Hai en Xi Hai meer. Ook daar weer het dagelijkse leven van de Chinezen. We wilden later op de middag ook nog naar de antiekstraat, maar omdat het verkeer helemaal vast stond en we op tijd op het station moeten zijn, zijn we daar maar rechtstreeks naar toe gegaan. We moesten naar het West Station, dat is het grootste treinstation van Beijing en schijnt ongeveer even groot te zijn als Schiphol! Na wat gegeten te hebben en wat inkopen te hebben gedaan voor de komende treinreis (vooral bier en chips), zijn we met de slaaptrein vertrokken richting Xi’an.

Xi’an
De groep had vandaag een stadsrondtour, maar Kees en ik hebben een tandem gehuurd en zijn over de stadsmuur gaan fietsen. Dat was leuk. De muur heeft een omtrek van 14 km, en overal staan mooie gerestaureerde wachttorens. Halverwege hebben we onze fietsen ingeleverd en zijn een hele gezellige wijk ingelopen. We hebben hier heerlijk rondgewandeld en alles rustig bekeken. Al wandelend zijn we zo weer in de Moslimwijk terechtgekomen waar ook van alles te zien is. Hier zijn heel veel eettentjes op straat en het is er erg levendig (zie het filmpje op onze website: HYPERLINK “https://www.thetravelaholics.com” www.thetravelaholics.com  Xi’an Muslim Quarter), een genot om rond te lopen. ’s Avonds zijn we met de groep gaan Hot-potten (Chinese fondue), echt heel erg lekker. De volgende dag stond het “Terra-Cotta-leger” op het programma. Als eerste gingen we naar de opgravingen van Banpo, dit zijn de oudste opgravingen die gevonden zijn van 6000 jaar oud. Doordat er mooie animatiefilmpjes bij de opgravingen waren ging e.e.a. leven en was het heel interessant om te zien. De volgende stop was bij een fabriekje waar ze “echte” Terracotta-leger beelden maakten. Ze doen het hier op de manier zoals dat vroeger ook gegaan moet zijn. Je kon hier dus ook op de foto met je hoofd boven op een terracotta beeld, hoe toeristisch wil je het hebben! Daarna volgde dan toch het “echte” leger. Ondanks dat dit onze tweede keer was, was het nog steeds indrukwekkend. De hoeveelheid beelden doen je echt wat. Ook was de boer, die de beelden in de 70-er jaren als eerste ontdekt heeft, aanwezig en zat boeken te signeren. De man is ondertussen al in de 90 en dus is het wel leuk om een door hem gesigneerd boek te hebben, dat hebben we dan ook gekocht. Na het leger zijn we nog even snel (!) naar de Huaqing warmwaterbronnen gegaan. Hier was een mooie vijver met paviljoenen, terrassen en zalen. Jammer genoeg hadden we hier maar kort de tijd. ’s Avonds zijn we naar de avondmarkt in de Moslimwijk gegaan en hebben daar op een lokaal terrasje heerlijk van een pilsje en de omgeving zitten genieten. De volgende morgen zijn we met z’n tweeën naar de “Grote Gans Pagode” gegaan. Deze was de moeite zeker waard. Er was een mooie tempel bij en de pagode was “7-hoog”. Vanaf iedere verdieping had je een mooi uitzicht over de stad. Tegen de middag zijn we naar het station gegaan want we gingen met z’n allen met de trein naar Luoyang. Het was nog een hele toer om in de trein te komen, want er moesten eerst 25 chinezen van onze stoelen afgejaagd worden. Daar hebben we natuurlijk onze Ludo voor bij, toch handig zo’n gids!

Luoyang
Tegen een uur of acht waren we in Luoyang en konden we gezamenlijk gaan eten (als we dat wilden). Dat hebben we gedaan en het was weer overheerlijk. Na het eten zijn we naar het plein gegaan voor ons hotel, daar was het een drukte van belang. Er waren mensen aan het dansen, met zwepen aan het tollen en nog veel meer. Voor 5 yuan (€ 0,50) hebben we een grote fles bier gepakt en die hebben we op ons gemak op zitten drinken en van het uitzicht zitten genieten. De volgende morgen waren we om half zeven alweer op dit plein te vinden, want nu waren hier grote groepen aan het tai-shi-en, aan het dansen, met zwaarden aan het oefenen en met waaiers. Er waren mensen met water Chinese spreuken op de grond aan het schrijven, kortom, volop leven in de brouwerij zo vroeg in de ochtend. Na het ontbijt vertrokken we met de bus naar de Longmen-grotten. Dat was een eindje buiten de stad. Luoyang is trouwens voor Chinese begrippen een middelmatige provincieplaats met zo’n 6,8 miljoen (!) inwoners. De Longmen-grotten is een hele grote rotswand met daarin allerlei nissen waar (volgens de boekjes) wel 100.000 boeddha’s in uitgehouwen zijn. Tegen het eind staan er een aantal megagrote beelden in een hele grote inham. De beelden zijn wel 17 meter hoog en kun je ook mooi zien vanaf de andere kant van de rivier. Na een paar uur rondgekeken te hebben gingen we met de bus terug naar het centrum voor de lunch en daarna reden we naar de “De Witte Paarden Tempel”. Dit is de eerste boeddhistische tempel van China. Vanuit deze tempel is het Boeddhisme verder over China en de rest van de wereld verspreid, dus is deze tempel van grote historische waarde. Hier liepen ook nog wat monniken rond en eentje ging helemaal los met mijn camera, foto’s maken vond ie helemaal geweldig, hij bleef maar knippen. Voordeel hiervan, nu sta ik zelf ook een keertje op de foto! Daarna gingen we naar de oude stadswijk, die is nog heel authentiek. We zijn in een klein kleuterschooltje geweest en ik heb daar “Vader Jacob” voor de kindjes gezongen, de kinderen zongen toen de Chinese versie van Vader Jacob voor ons, zo schattig. Na het eten was het alweer tijd geworden om naar het station te gaan voor onze laatste (nacht)treinrit van deze reis. Op naar Nanjing.

Nanjing
Toen we aankwamen regende het, maar later werd het droog, en we hebben verder de hele dag goed weer gehad. We treffen het trouwens heel erg met het weer, dat is nog steeds prachtig geweest, de hele tijd droog en achterin de twintig graden. De rest van de groep ging naar een of ander museum, maar omdat wij niet zo’n museum mensen zijn, zijn we naar de markt gegaan. Ze verkochten er groenen, fruit, vlees en vis, het zag er allemaal goed uit. De kip was in ieder geval vers want die waren ze op de markt aan het slachten. ’s Middags zijn we met de hele club naar het mausoleum van Sun Yat-sen (de eerste president van China) geweest. Na 380 treden stonden we bij het mausoleum en hadden we ook een prachtig uitzicht over de omgeving. In een ander deel van het park stond ook nog een grote pagode, die hebben we ook beklommen. Vanaf nu geen treinen meer maar gaan we met de bus verder, deze keer richting Suzhou. We hebben een lekkere grote bus, zodat iedereen plaats genoeg heeft. Onderweg werd er eerst gestopt bij een zoetwater parel kwekerij. Daar werd een oester open gemaakt en er zaten wel een stuk of 16 parels in.

Suzhou
Tegen de middag arriveerden we in Suzhou en gingen we lunchen bij een zijdefabriek. Hier kregen we (voor de eerste keer deze reis) een Westers buffet, en dat was ook meteen het slechtste eten van deze reis, doe ons maar Chinees! In de zijdefabriek kregen we uitleg en een rondleiding en je kon de zijderupsen in allerlei stadia zien. Ze verkopen hier ook zijde dekbedden, en omdat we die toch een nieuwe nodig hadden, hebben we die hier één meegenomen. Bij deze fabriek zat ook een megawinkel (bij iedere bezienswaardigheid moet je trouwens bij het naar buitengaan door zo’n toeristisch gebeuren) en daar kregen we “nogal” ruim de tijd! Uiteindelijk gingen we hier pas rond half vier weg en moesten we nog naar 2 bezienswaardigheden (waar we natuurlijk voor naar Suzhou zijn gekomen). In het park bij de 2500 jaar oude stadspoort stond ook een mooie pagode, maar door tijdgebrek (lees 12 minuten) moesten we hier doorheen racen. Toen we bij de Lingering Garden (Suzhou staat bekend om zijn mooie tuinen) aankwamen begon het al donker te worden en kon je nog maar amper fatsoenlijke foto’s maken. Dat was jammer, wat mij betreft dus een tip aan Kras, doe wat minder parelkwekerij en zijdefabriek en wat meer tuinen! Na het eten zijn we nog even wat rond gaan wandelen en kwamen we in een steegje terecht met allemaal lokale eetstalletjes. Bij zo’n stalletje zijn we gaan zitten en hebben daar zitten kletsen met twee Chinezen die geen Engels konden. Maar dankzij een programma-tje op onze i-phone en een chinees-engels vertaalprogramma op de telefoon van de chinees, kwamen we toch nog een heel eind, lang leve de moderne techniek!

Tongli
’s Morgens met de bus weer verder naar Tongli, dat is een klein traditioneel waterplaatsje (zoals er meerdere rondom Shanghai liggen). Dit is echt een superschattig plaatsje met allemaal kleine kanaaltjes en bruggetjes waar het dagelijks leven zich nog steeds voor je ogen afspeelt.

Shanghai
Vanaf Tongli gingen we naar Shanghai en daar waren er om een uur of een. Hier zijn we onze eigen weg weer gegaan en zijn we eerst naar het Shanghai Wold Financial Centre gegaan, dat is (op dit moment) het hoogte gebouw van China, wel 492 meter hoog. Dit gebouw lijkt net een hele grote flessenopener, d’r zit een heel groot gat bovenin. Als je op de 100ste verdieping staat, sta net boven dat gat en daar hebben ze glazen tegels in de vloer gelegd zodat je bijna 500 meter naar beneden kijkt, echt spectaculair. Daarna zijn we met de Maglev trein meegegaan, dat is een magneettrein die 431 kilometer per uur gaat, super gaaf. Daarna zijn we nog snel naar de World Expo 2010 gegaan om die alvast bij avond te kunnen zien. We waren er rond een uur of zeven en zijn er tot half elf gebleven, maar toen waren we allebei zo moe, dat we ons hotel maar eens zijn gaan zoeken (we wisten nog niet precies waar dat was, omdat we d’r nog niet geweest waren) en rechtstreeks ons bed in zijn gedoken, morgen hebben weer een intensieve expo-dag voor de boeg. De volgende morgen gingen we met de groep gezamenlijk naar de World Expo 2011. Het was hier echt megadruk (gisteren hadden we in de metro gezien dat er op dat moment 317.000 mensen op het expo terrein waren!) en we moesten dus wel even wachten voor we binnen waren. Eenmaal binnen zijn we eerst naar het U.S.A. paviljoen gegaan, daar kreeg je een paar films te zien, dat was best leuk. Bij het Belgische Paviljoen hebben we net gedaan of we Belgen waren (“och paspoort vergeten, ligt nog in het hotel!”), zodat we de lange wachtrij konden vermijden. Het paviljoen was afwisselend opgezet en de moeite van het bekijken waard. In tegenstelling tot het Nederlandse Paviljoen, wat naar ons idee wat al te modern was opgezet. Het was echt spectaculair om op de expo rond te lopen, alleen de gebouwen aan de buitenkant zijn al de moeite waard. Jammer genoeg kon je maar hooguit in 6 à 7 paviljoens bezoeken omdat de wachtrijen overal superlang waren. We zijn nog in Nieuw-Zeeland, Nepal en Vietnam geweest. Voordat we het wisten was het alweer tijd om naar het hotel te gaan want we hadden ons opgegeven voor een acrobatiek show. Die zijn hier in China wel heel erg spectaculair, b.v. met acht motorrijders tegelijk in een ijzeren bol met een doorsnede van ongeveer 6 meter (zie het filmpje op onze website: The Globe of Death!). Na de show zijn we als een haas in een taxi gesprongen om de skyline van Shanghai bij avond nog op de foto te kunnen zetten, en dat is gelukt. Helaas is de laatste dag van deze reis alweer aangebroken en na het ontbijt zijn we naar “The Old Town” gegaan. Dit is een erg toeristisch deel met een mooie tuin en een oud theehuis in het centrum. Omdat we hier al ooit geweest waren, zijn we de “echte” oude wijk ingelopen en daar ga je meteen 100 jaar terug in de tijd, hier zie je het China zoals je je dat voorstelt. Oude kleine steegjes waar nog echt op straat geleefd wordt. Er was een steegje met allemaal witgoed, koelkasten, diepvriezen, t.v.’s etc, de “Media-Markt” maar dan gewoon buiten op straat. Het was vreemd om te zien dat het contrast zo groot is, zo sta je midden tussen de toeristen en 10 meter verder sta je midden in het echte Chinese leven, geweldig om mee te maken. Nu was de tijd gekomen om weer te verzamelen en met de bus weer richting Hangzhou te gaan, dat was zo’n 3 ½ uur rijden. Op deze laatste avond konden we nog snel wat souvenirs kopen want de volgende dag om 10:00 uur vertrokken we naar het vliegveld. Nog 11 ½ uur vliegen van huis verwijderd, maar weer een hele fijne reiservaring rijker!

Translate»